96. Hela de heks

Nero laat zich op een kunstveiling een oor aannaaien en komt thuis met een lelijk schilderij van Hela de heks. Hij stalt het schilderij op zolder maar wanneer zijn vrouw het schilderij gaat bekijken is de heks van het doek verdwenen. Omdat heksen vrouwen niet kunnen betoveren neemt ze Nero in haar macht. Als Nero haar bezemsteel breekt is ze woedend en betovert ze hem. Hij zal moeten dienst doen als bezemsteel en gezeten op zijn rug vliegt ze naar het heksenfeest.

Ondertussen hebben Petoetje en Petatje op het thuisfront haar bezem gerepareerd en als Petatje de bezem tussen de benen neemt begint ze dadelijk te vliegen. Ze gaan er samen op zitten en hoewel ze naar het lab van Adhemar willen vliegen brengt de bezem hen naar het heksenfeest waar ook Hela aanwezig is. De heksen vinden het niet kunnen dat er kinderen en mannen door toedoen van Hela op het feest verschenen en roepen hun baas op die niemand minder is dan Satan zelf. Zowel Petoetje, Petatje als Nero worden door Satan veroordeeld tot de brandstapel en dit tot groot jolijt van de aanwezige heksen. Gelukkig voor het trio komt net de zon op waardoor de heksen naar alle windstreken vluchten. Een hard werkende boer met riek doet ook Satan op de vlucht slaan en kan onze helden van een zekere dood redden.

Ver van huis en met Nero nog steeds stijf als een plank van de betovering besluiten ze auto-stop te doen. Ze hebben onmiddellijk geluk ware het niet dat de eerste auto die stop wordt bestuurd door de duivel zelf. Hij roept Hela op maar veranderd haar lelijke gedaante in dat van een prachtige vrouw. Op de rug van Nero vliegt ze weg en brengt Nero naar huis. Daar maakt ze kennis met Mr. Pheip en samen zetten ze een stapje in de wereld. Mr. Pheip is natuurlijk gefascineerd door haar schoonheid maar wanneer de klok middernacht slaat, laat Hela haar echte gedaante zien en moet ze afscheid nemen. Ze vliegt terug naar huis om haar plaats in het schilderij weer in te nemen. Nero besluit dan maar om het dakvenster open te laten zodat de heks op eigen houtje 's nachts een luchtje kan gaan scheppen.