1. Trio in het onbekende

Titel in originele taal: Le trio de l'Etrange
ISBN-nummer: 9031-40351-2
Eerste druk: 1972
Uitgeverij: Uitgeverij Dupuis
Tekenaar: Roger Leloup
Scenarist: Roger Leloup

In dit eerste verhaal van deze prachtige science-fiction reeks maken we kennis met Yoko Tsuno en haar vrienden. Wanneer regisseur Max Beeld en cameraman Paul Pola 's avonds naar huis gaan na een avondje televisie maken zijn ze getuige van een inbraak in een flatgebouw. Via een kraan gaan beide mannen de inbreker achterna om hem met de lurven te grijpen en als ze oog in oog staan met de inbreker blijkt het over Yoko Tsuno te gaan. Als Electro-ingenieur werd ze door de eigenaar van het gebouw ingehuurd om een nieuw gesofisticeerd alarminstallatie te testen. Omdat Yoko werk zoekt biedt Max haar een job aan als geluidstechnicus bij zijn nieuwe serie over ondergrondse grotten.

Enkele dagen later dalen ze af in een grot met een groot ondergrondse rivier. Om te onderzoeken waar de rivier de berg verlaat gebruiken ze kleurstof om zo beter de stroming van de rivier te kunnen volgen. Ze maken zich klaar om te duiken als plots het water aan een snel tempo begint te stijgen. Als ze niet vast willen komen zitten in de grot moeten ze naar de uitgang zwemmen maar dan wordt het trio gegrepen door een enorm sterke stroming. Als draaiend komen ze in een grote buis terecht en wanneer deze eindigt staan ze opeens in wat alleen maar als een hypermoderne fabriek kan beschreven worden. Ze worden onmiddellijk omsingeld door mensen met een blauwe huidskleur en via een ongekend transportmiddel worden ze weggebracht en na een reis van een half uur doorheen de onderaardse kloof komen ze in contact met andere blauwe mensen. Een mooie blauwe fee, zoals Paul ze omschrijft, stelt zich voor als Khany en heeft de opdracht gekregen om het drietal enkele vragen te stellen. Ze is zeer vriendelijk maar al snel daagt er een man op die minder vriendelijke bedoelingen heeft. Het is Karpan en hij wil de drie indringers zelf ondervragen. Dat wordt hem echter niet toegestaan en er ontstaat een handgemeen waarin hij het onderspit moet delven. Woedend druipt hij af en Khany stelt hen voor om ze naar het centrum van hun wereld te brengen. In het voertuig maken ze kennis met Poky, het zusje van Khany. Terwijl ze naar het centrum reizen doet Khany haar verhaal. Blijkt dat zij Vinianen zijn. Een oude beschaving die enkele duizenden jaren geleden op aarde aankwam. Hun planeet was onbewoonbaar geworden en de Vineanen besloten ze te verlaten. Na een lange reis kwamen ze aan op aarde waar de mens zich nog maar pas begin te ontwikkelen. Omdat ze gewoon waren onder de grond te leven deden ze hetzelfde op aarde en zochten hun heil in groten, ontoegankelijk voor de gewone mens. Daar leefden ze een verborgen bestaan, tot Yoko, Max en Paul ze per toeval ontdekten. Nu moeten ze naar de centrale computer gebracht worden. Deze computer regelt hun bestaan met grote precisie en hij zal beslissen hoe het verder moet.

Karpan is zijn vernedering nog niet vergeten en geeft enkele van zijn mannen de opdracht om het vijftal achterna te reizen in een Morzelaar, dit toestel kan hun vervoermiddel makkelijk vernietigen en Khany weet dat ze zullen toeslaan als ze uit de transportbuis komen. Ze moeten dus iets verzinnen en Paul komt met het idee om de achterkant van hun magnetobus los te maken. Zo knalt de Morzelaar er tegenaan en kunnen zij gewoon verder reizen. Dit is echter zeer roekeloos en met gevaar voor eigen leven gaan Khany, Max en Yoko naar achter om het achterste gedeelte te verwijderen. Het lukt en de Morzelaar knalt er tegen aan. Helaas wordt Khany bij de actie gewond waardoor ze geen piloot meer hebben en stil staan boven een groot lavameer dat een enorme hitte afgeeft. Als ze niet weg kunnen zijn ze alsnog verloren. Gelukkig komt Khany terug bij haar positieven en niet veel later staan ze bij de centrale computer. Daar worden ze veroordeeld tot een schijndood maar Khany begrijpt niet hoe de computer een oordeel kan vellen zonder het rapport over Karpan te kennen. Er moet dus iets meer aan de hand zijn. Ze vraagt om de drie mensen onder haar bevoegdheid te plaatsen terwijl ze een onderzoek voert. Ze brengt ons trio naar een veilige plaats waar ze wat kunnen eten en slapen maar nog diezelfde nacht worden ze gestoord door een vreemd geluid. Het is Poky die Yoko komt waarschuwen. Karpan zou immers in de buurt zijn. Samen trekken ze op onderzoek maar wanneer Yoko struikelt worden ze ontdekt. De Japanse kan Karpan makkelijk overmeesteren en vraagt Poky om haar vrienden te gaan halen.

Als Yoko vanuit het niets door een geheimzinnige straal wordt gegrepen blijkt alles verloren te zijn. Ze kan alleen maar hopen dat haar vrienden op tijd komen om haar te redden. Ondertussen wordt duidelijk dat de straal de energie is van de centrale computer die door de eeuwen heen steeds grotere krachten kreeg en zo de Vinianen kon onderwerpen zonder dat ze het door hadden. Ze zijn als het ware slaven voor hem geworden. Als Max en Paul eindelijk aankomen worden ze zonder pardon aangevallen maar het wapen dat Paul bij zich droeg valt voor Yoko en ze kan de energiebol van de computer vernietigen waardoor ze verlost worden van de verlammende straal. Niet alleen zij zijn nu vrij, ook alle Vinianen kunnen terug vrij nadenken en handelen. Uit dankbaarheid worden ze vrijgelaten en krijgen een glazen bol mee. Als deze bol ondoorzichtig wordt wil dat zeggen dat de Vinianen een oplossing gevonden hebben waardoor mensen ook vrij en zorgeloos kunnen ademen in hun leefwereld. Dat zal het moment zijn waarop ze elkaar terug kunnen zien, want nu moeten dit trio terugkeren uit het onbekende.

Opgemerkt:

  • Op de eerste pagina’s heet de regisseur nog Ben. Op pagina 12 en na de ontmoeting met de Vineanen heet hij plots Max. Hoewel deze blunder al zo oud is als de straat en reeds door vele lezers werd opgemerkt, verwacht je toch dat het bij een latere herdrukken werd aangepast. Maar nee, alle herdrukken sinds 1972 bevatten nog elke keer dezelfde fout.