In dit album ontdekken we het leven van Jonathan Fly, een journalist die al jaren aan lager wal is geraakt. Hij schreef vroeger voor de grootste Amerikaanse kranten, maar een complot - opgezet door het F.B.I. - in het Amerika van de jaren '60 brak zijn carrière. Nu woont hij samen met zijn zoon Jason in het kleine bergstadje Greenfals.
Het leven gaat zijn gangetje tot het dorp opgeschrikt wordt door het bezoek van J.K. Glover, de directeur van het F.B.I. Waarom is zo'n belangrijk man naar Greenfals gekomen en nog belangrijker, waarom heeft hij het dorp al zoveel maal bezocht om dan pas na enkele jaren terug te keren? Wat is er zo belangrijk aan dit dorp.
Terwijl Jonathan onderzoek doet naar de man wordt zijn zoon helemaal gecharmeerd door de leugens en de verhalen die de F.B.I. baas zo goed weet te vertellen. Het zorgt zelfs voor een totale breuk tussen vader en zoon. De journalist volgt de Federale agent op de voet en ontdekt zo de waarheid. J.K. Glover is een lid van de gehate Ku Klux Klan en komt telkens naar Greenfals wanneer ze tegenstanders van hun gedachtegoed hebben ontvoerd en folteren om aan informatie te geraken.
Jonathan kan de eerdere bezoeken van de man linken aan verdwijningen uit het verleden en staat klaar om zijn verhaal in een grote krant te publiceren. Een secretaresse van de krant waarschuwt echter het F.B.I. waardoor ze Fly kunnen uit de weg ruimen nog voor het verhaal kan gepubliceerd worden. Samen met Jonathan Fly verdwijnen nu ook alle bewijzen tegen Glover.
Jason dit het goed kon vinden met Glover wordt op de hoogte gebracht van de dood van zijn vader en krijgt de belofte dat als hij volwassen is, altijd kan rekenen op de steun van de F.B.I.