De goeverneur grijpt naar radicale middellen en vergiftigd de quastor. Terwijl hij helse pijnen doorstaat draagt hij zijn ordonnans op om
op zoek te gaan de enige persoon die hem kan genezen. De Druïde van het Gallische dorp. Panoramix, geëscorteerd door Asterix en Obelix
reizen onmiddellijk af naar de zieke man waar hij moet vaststellen dat enkel de toverdrank de man kan redden. Om de toverdrank te maken moet
hij helaas een zilverster hebben. Dit bloempje groeit enkel in de bergen van Helvetica en bijgevolg stuurt hij de twee krijgers naar het land
van de hoge bergen. De quastor wordt naar het Gallische dorp gebracht omdat dat de enige plaats is waar hij veilig is voor de Romeinen.
Omdat Gaius Delerius er alles wil aan doen om de twee vrienden te laten falen stuurt hij zijn rechterhand Eucaliptus naar
Diplodocus, de Gouveneur van Helvetica. Deze krijgt de opdracht om kost
wat kost te twee Galliërs uit te schakelen. Dit zou immers betekenen dat Claudius Centus zou terechtgesteld worden als vergelding.
Diplodocus schiet dadelijk in aktie en zet de jacht in op de beide mannen die ondertussen reeds hun intrek genomen hadden in de herberg van
Biotix. De herbergier weet dat zijn herberg niet veilig genoeg is en brengt
ze naar de bank van zijn vriend Zurix die ze in één van zijn
kluizen onderbrengt waardoor ze veilig zijn voor de nacht.
De volgende ochtend trekken de beide mannen in het gezelschap van Biotix naar de bergen. Ze worden helaas al snel herkend door Gaius Infarctus; een romein die ze daags voordien uit de rivier hadden gered. De klopjacht gaat hierop door maar beide vrienden kunnen toch uit hun handen blijven. Meer zelfs, ze kunnen een zilverster plukken en de terugreis ongestoord aanvatten.