Nog steeds op de vlucht voor Petronilla, agente van de Engelse koning, waar Johan wordt gezocht voor moord, heeft hij onderdak gevonden op het kasteel van Horst. Het zijn woelige tijden en de Duitse keizer heeft Godfried van Bouillon afgezet omdat deze door de kruistochten zijn gebied niet meer correct kan beheren. De edelen uit de regio vinden dat het nu aan Godfrieds broer is om de scepter over te nemen maar de Keizer wil iemand van zijn eigen familie aan het hoofd plaatsen. Dit valt niet in goede aarde en de kasteelheren morren en verzetten zich fel. Vooral Guillaume van Boussu, die het aandurfde om de Keizer via een brief op dit ongenoegen te wijzen ligt onder vuur. De Keizer vaardigde dan ook een besluit uit om Guillaume te ontdoen van zijn titel en zijn bezittingen en gaf deze opdracht aan Ferguut van Broekzele die met zijn leger de burcht van Boussu aan te vallen.
Omdat de burcht van Boussu een oninneembare vesting is wordt ze nu al een tijdje belegerd en hongersnood is acuut. Guillaume vraagt versterking aan Jan van Horst maar omdat die moet herstellen van verwondingen opgelopen bij een aanslag stuurt hij Johan aan het hoofd van een klein leger. Hoewel Johan nog steeds op zoek is naar Aegidius van Trier, de moordenaar van zijn moeder, kan hij niet anders dat de opdracht aanvaarden en samen met Giganta begint Johan aan de lange tocht.
Als het gezelschap eindelijk aankomt op de besneeuwde vlakte zien ze in de vallei hoe uitzichtloos de situatie is voor beide partijen en hij besluit om een beroep te doen op de redelijkheid van Ferguut van Broekzele. De edelman is echter overtuigde dat hij weldra de burcht zal innemen omdat hij een geheim wapen heeft. Hij werkt immers samen met de Chinese alchemist Yingzong die hem van krachtige explosieven heeft voorzien. Omdat Johan dat nu weet wordt hij gevangen genomen maar net voordat hij overmeesterd wordt roept hij Giganta toe om Guillaume op de hoogte te brengen. De heer van Boussu waant zich echter onkwetsbaar in zijn burcht en wil niet toegeven, tot het eerste explosief genadeloos inslaat op zijn verdedigingsmuur. Een tweede projectiel zou de genadeklap betekenen maar Giganta herinnert zich een gesprek met Johan, ze stelt zich op aan de muur en wanneer de tweede lading wordt afgeschoten werpt ze haar zware bijl secuur naar het projectiel zodat het ontploft voor het de muur kan raken. Voorlopig zijn ze gered want de Chinees had maar twee bollen gemaakt en heeft nu tijd nodig om er andere te maken.
In het tumult werd Johan vergeten en niemand heeft gezien hoe Petronilla plots op het strijdtoneel is opgedoken. Zij kan Johan bevrijden om hem over te leveren aan het Engelse gerecht maar Johan wil eerst zijn opdracht afwerken. Hij slaat haar neer en steelt de kar waarin de producten om de bommen te maken opgeslagen liggen. Hij brengt de kar tot stilstand boven een brandend vuur en zoekt dekking achter een rotsblok. De hitte doet onmiddellijk haar werk en enkele tellen later klinkt een enorme knal die dood en verderf zaait onder de troepen van Ferguut. De edelman is woedend en staat oog in oog met de Rode Ridder. De zwaarden knetteren tegen elkaar en langzaam maar zeker haalt Johan de overhand en moet Ferguut de strijd staken. Hij gooit zijn wapens voor de voeten van de ridder die dan het wapenschild op het zwaard herkent. Het is hetzelfde wapenschild dat zijn moeder gebruikte tegen Aegidius van Trier. Ferguut kan zijn oren niet geloven wanneer Johan de naam van zijn moeder laat vallen: Ysaud van de Berenhoeve. Ferguut is sprakeloos en vertelt hoe hij jaren geleden een affaire had met de vrouw na de dood van haar man. Uit de affaire kwam een zoon die ze Johan noemde. Johan heeft zonder het te weten zijn echte vader gevonden maar hoort nu ook hoe Ferguuts vader het familiefortuin verbraste en dat enkel een gearrangeerd huwelijk de meubelen kon redden. Daarvoor moest echter de buitenechtelijke relatie geheimgehouden worden en hij vroeg één van zijn ridders, Aegidius van Trier, om te trouwen met Ysaud. In ruil zou hij rijkelijk beloond worden. Hij wist echter niet hoe de ridder zijn geliefde en haar zoon behandelde en toen hij het te weten kwam was het al te laat. Hij keerde terug om de ridder te confronteren en als straf stuurde hij hem naar de Balkan. Zijn zoon was spoorloos verdwenen en hij zag hem nooit meer terug. Tot vandaag.
Johan heeft nu eindelijk een spoor om de moordenaar van zijn moeder te vinden. Hij zal naar de Balkan moeten en Giganta blijft hem trouw volgen. Ook Petronilla zal nog even moeten wachten om hem naar Engeland te brengen, en dat is dik tegen haar zin.