19. Koning Arthur

Johan heeft lucht gekregen van een Koning in Engeland die het opneemt voor de armen en zwakkeren van zijn rijk. Hij wenst deze koning te dienen en reist af naar Engeland om de genaamde Koning Arthur te kunnen dienen. De weg naar Londen is echter lang en Johan besluit wat te rusten in een afgelegen ruïne. Tijdens zijn rust wordt hij gestoord door een gesprek tussen een soldenier en een in lompen geklede man. Hij hoort hoe ze een aanslag willen beramen op een ridder van de koning en Johan ziet het als zijn plicht om die ridder te verwittigen.

Doordat er andere ruiters opdagen kan hij niet onmiddellijk vertrekken en krijgt de schooier een belangrijke voorsprong. Te paard is Johan echter veel sneller en komt nog net op tijd om de ridder van een onheil te besparen. De ridder, Lancelot genaamd, gelooft Johan niet dadelijk maar dat deze hem vertelt dat de samenzweerder een pijlpunt op zijn blazoen droeg heeft Lancelot geen reden meer om aan zijn woorden te twijfelen. De pijlpunt is het merkteken van Heer Lodogram, pleegvader van vrouwe Guinevere. Lancelot heeft de opdracht gekregen om binnen de twee dagen en in naam van de Koning te vechten om de hand van Guinevere. Dat een soldenier van Lodogram dit wou verhinderen is veel betekenend. Johan biedt zijn nieuwe vriend zijn hulp aan en dankzij de Rode Ridder kan Lancelot Cameland, de burcht van Lodogram, ongedeerd bereiken.

Woedend door het falen van zijn mannen geeft Lodogram de tweeling Morban en Linor de opdracht om getooid in dezelfde wapenuitrusting om beurt te vechten tegen Lancelot. Listig proberen ze zo Lancelot te verslaan maar de geoefende ridder is geen partij voor de geoefende ronde tafelridder. Om gezichtsverlies te vermijden laat hij Guinevere vertrekken onder bescherming van Lancelot en de Rode Ridder. Het drietal is nog maar net vertrokken of Lodogram stuurt een postduif naar Sir Mordred, een burggraaf die openlijk de koning steunt maar in werkelijkheid de leider is van de samenzwering tegen de Koning. De boodschap die de duif overbrengt is duidelijk. Laat Guinevere Camelot niet bereiken.

Mordred durft openlijk niets te ondernemen en geeft de opdracht door aan de op macht beluste herenboer Bersaw. Mordred beloofd de man rijkelijk te belonen met meer macht waardoor deze overstag gaat. Mordred laat de zwarte vlag hijsen op zijn burchttoren. Een teken dat er een zware ziekte binnen de muren van de burcht heerst. Hierdoor durven Johan en Lancelot de burcht niet te betreden en wijken ze uit naar de hoeve van Bersaw. Al snel wordt het de ridders duidelijk dat ze in een val zijn gelopen. Ze worden gescheiden van de jonkvrouw en ze vrezen dat hun opdracht is mislukt. Maar dan krijgen ze hulp van een gemaskerde onbekende. Terwijl beide ridders Guinevere ter hulp snellen raakt de gemaskerde slaags met Bersaw. Deze is niet opgewassen tegen de man en valt tijdens een uitval op zijn eigen dolk nog voor hij de naam van zijn opdrachtgever kan noemen.

Dankzij de hulp van de gemaskerde kunnen Johan en Lancelot hun beschermelinge veilig tot in Camelot brengen waar een gelukkige koning hen staat op te wachten. Hun eerste samenwerking was een succes maar Merlijn waarschuwt hen voor de gevaren die hen nog te wachten staan als ze ervoor kiezen om deze koning te dienen. Als beide ridders dan de kapmantel van hun gemaskerde redder in een kist vinden, beseffen ze wie hen constant incognito heeft geholpen. Geen haar op hun hoofd dat er nog aan denkt om deze dappere en rechtvaardige Koning niet te dienen.