128. Het brommende brons

Wanneer Wiske 's avonds laat naar huis gaat ziet ze hoe een man via een ladder een bronzen beeldje aan het kuisen is. Net op dat moment maait een onvoorzichtige chauffeur de ladder vanonder de man waardoor deze onzacht in aanraking komt met het beton. De man woont in een vervallen molen en vertelt Wiske dat hij een gepensioneerde werknemer van monumentenzorg is. Zijn verhaal wordt gek wanneer hij haar vertelt dat hij met de beelden kan spreken. Hij kreeg een steentje van de fee Fantasia en hij of zij die het steentje bezit kan met standbeelden praten. Als beloning geeft hij Wiske het steentje en verstoppen het in Schanulleke. Dan vertrekt wiske denkend dat het allemaal larie en apekoek is. Gabriël zo heet de man, laat haar eerst nog weten dat ze altijd welkom is maar dat hij enkel thuis is wanneer er drie sterren boven de molen staan.
Ze gaat door het park om het verhaal te testen en inderdaad bij het standbeeld van een herderinnetje krijgt ze antwoord. Als Wiske zegt dat ze een vriendin is van Gabriël neemt het beeld haar in vertrouwen en vertelt dat een man die zich "Het zwarte masker" noemt een misdaadsyndicaat wil oprichten om de stad te terroriseren met diefstallen en bankovervallen.

Eenmaal thuis doet Wiske haar verhaal maar niemand wil haar geloven. Jerom en Lambik gaan zelfs naar de molen maar vinden ze volledig verlaten terug. Ze gaan dan maar een pintje drinken en terwijl ze over het voorval spreken wordt hun gesprek afgeluisterd door een ongure kerel. Bij het buitengaan staat hij de twee vrienden op te wachten om hen uit te horen over het syndicaat. Natuurlijk is dat zonder Jerom gerekend en de man krijgt een harde mep waardoor hij zelfs niet meer teruggevonden wordt om hem te kunnen ondervragen. Het verhaal van Wiske wordt hierdoor echter wel aannemelijker.
Ondertussen zijn Suske en Wiske wat gaan wandelen en komen ze weer een standbeeld tegen. Het beeld verteld Wiske dat twee mannen in en zwarte wagen een bankoverval willen plegen op de Kre en Dietbank. Ze bellen de politie die net op het moment dat de boeven willen toeslaan komen opdagen met loeiende sirene. Het verhaal van Wiske lijkt nu wel bevestigd. Terug thuis bevestigd Suske het verhaal en ook Lambik en Jerom kunnen nu niet anders dan haar te geloven.

Terwijl het misdaadsyndicaat onder leiding van de gemaskerde Jatter haar volgende kraak beraamt ondervragen Suske en Wiske weer wat standbeelden waardoor ze niet alleen weten wat de bende willen overvallen maar ook waar ze zich ophouden. Ze bellen Lambik en Jerom die onmiddellijk op onderzoek uitgaan. Ze komen echter te laat om de bende te klissen maar ze kunnen wel voorkomen dat de juwelier aan de overkant van het plein het volgende slachtoffer wordt. Wiske gaat dan maar weer wat beelden ondervragen en komt zo te weten dat er een nieuwe vergadering aan de gang is. Jerom en Lambik gaan terug op onderzoek uit en kunnen de vergadering afluisteren. Zo komen ze te weten dat Jatter niet de echte leider is maar dat hij handelt in opdracht van ene Feesles. Voordat ze de schuilplaats van Feesles horen worden ze echter ontdekt en moeten ze er vandoor om niet herkent te worden.

Terwijl Sidonia en de kinderen hun schuilhouden in de woning van Gabriël hebben Lambik en Jerom via een list contact kunnen leggen met de misdaadorganisatie. Door hun zelf als boeven voor te doen zijn ze nu op de hoogte van alle nieuwe plannen. Hun eerste opdracht is om in te breken in het huis van Sidonia. De boeven zitten niet stil want Jatter krijgt een telefoontje met de melding dat Schanulleke de reden zijn waarom al hun opdrachten mislukken. Ze vinden hun schuilplaats in de molen en hoewel Suske en Wiske niet aanwezig zijn vinden ze wel het popje. Ze nemen het mee en verklaren dat ze Schanulleke zullen vermorzelen als ze het geheim van het popje niet vertellen. Dit kan Wiske niet verdragen en stort in elkaar met hevige koorts. Tijdens de nacht sluipt ze naar de fabriek waar de bandieten zich hebben verzameld in de hoop haar hartedief te kunnen bevrijden. Haar koorts krijgt echter de bovenhand en ze stuit voor de deur in elkaar waar ze gevonden wordt door een dief. Hoewel Lambik aanwezig is kan hij zich niet verraden alvorens hij de echte naam van Feesles niet heeft verkregen. Helaas hebben de dieven ook waarheidsserum en komen het hele verhaal te weten. Ze aarzelen dan ook niet op het popje te vernietigen maar als een redder in nood daagt Suske op. Hij kan wel voorkomen dat Schanulleke wordt kapot gemaakt maar hij wordt zelf overmeestert. Terwijl het drietal gebonden moet afwachten op wat zal komen krijgt Jatter een telefoon van Feesles dat hij het popje komt ophalen. Ze hebben echter pech want de man blijft in de schaduw waardoor ze hem niet te zien krijgen.

Als Feesles weg is duikt Jerom op. Ze zijn gered en wanneer ook de politie in de Fabriek aankomt is dit ook het einde van de bende van het zwarte masker. Maar nu moeten ze Feesles en Schanulleke nog terugvinden. Naastig gaan ze op zoek tot ze in het park een knal horen. Alvorens zelf te verdwijnen heeft Feesles het standbeeld van het herderinnetje laten ontploffen. Hoewel er een einde is gekomen aan de misdaad in de stad zullen we nooit achterhalen wie Feesles nu eigenlijk was.

Opgemerkt:

• Feesles is een verbastering van het Engelse "Faceless", zonder gezicht.